Sinds we door de moerassen van New Orleans gekajakt hebben, kan ik niet wachten om opnieuw het water op te gaan. Sterker nog, I’m a little obsessed. De Buffalo National River is volgens mijn bronnen dé kajak-hotspot van Arkansas. En nu we daar zo dichtbij in de buurt zijn ga ik een beetje vorst deze ervaring natuurlijk niet door m’n neus laten boren.
–^-^–
Twee dagen geleden reden we Arkansas nog met een graad of 8°C in de plus binnen. Onze AirBnB vonden we in het dorpje Harrison, waar absoluut niets te beleven valt. De dag daarop liepen we de Hemmed in Hollow hike in het Ozark National Forest, waarin we in vijf uur tijd geen mens tegenkwamen. Israel hoopte ongetwijfeld diep in zijn warme Mexicaanse hart dat de hike mijn buitenluchthonger zou stillen, maar dat was (helaas voor hem) niet het geval.

Als we de volgende ochtend uit het raam kijken zit er een laag ijs op de auto en is de vijver voor onze bungalow dichtgevroren. Israel kijkt me bedenkelijk aan. Nee. Ik moet en zal kajakken over de Buffalo Rivier.
Met schoongekrabde ruiten rijden we een uur later over de spekgladde highway richting de toeristenoffice. Alwaar de vriendelijke Amerikaanse dame me zo mogelijk nog bedenkelijker aankijkt. Weet je dat zeker? ‘Yes’, antwoord ik vastberaden.

In de auto trek ik alle outdoorkleding die ik bij me heb over elkaar aan. Bill van Wild Bill’s Kayak rental (ja echt waar) vertelt ons nog één keer waar hij ons op zal pikken en duwt ons dan dan met de kajaks het water in. Hij zwaait nog even en loopt vervolgens snel terug naar zijn warme pick-up.

Onze handen en voeten hebben tien minuten nodig om compleet te verstenen van de kou. Het helpt niet dat ik mijn handschoenen uit moet trekken om foto’s te kunnen maken en dat er door mijn eigen gestuntel regelmatig een golf water de kajak in slaat.

Het is mega koud op het water. En ik moet toevoegen, ik heb even tijd nodig om aan de omgeving (lees: het weer) te wennen, alvorens ik de natuur om me heen kan appreciëren.
We zijn wederom helemaal alleen, totdat we in de verte een familie wilde zwijnen langs de oever zien scharrelen. Zodra ze ons in de gaten hebben schieten ze snel het bos weer in, maar wij zijn als kinderen zo blij met onze wildlife encounter.

De kou maakt ons hongerig en als we een klein zandstrandje zien liggen worstelen we ons zo snel mogelijk met kajak en al op de kant. Terwijl Israel een vuurtje maakt om onze lijven aan te warmen probeer ik de Jetboil aan de praat te krijgen om water mee te koken voor onze instant meal. De wind is vastbesloten het me moeilijk te maken, maar de aanhouder wint en twintig minuten later eten we genoegzaam van onze Thaise Curry.

Terwijl we opwarmen bedenken we een noodplan voor het geval een van ons in het water valt. Wie kan het beste de aansteker, onze enige warmtebron, bij zich houden? We besluiten ‘ik’. We moeten zo snel mogelijk aan wal komen, daar zijn we het over eens. Maar zullen we eerst een vuur proberen te maken, of eerst de ander op proberen te warmen met lichaamswarmte? Ik zag ooit eens in een film (The Day after Tomorrow) dat dat laatste van groot belang is. We komen er niet helemaal uit en gaan er daarom voor ’t gemak maar van uit dat de watergoden ons vandaag gunstig gezind zullen zijn.
Eenmaal terug in de kajak genieten we nog een half uur van de dichte bossen, de stroomversnellinkjes, een waterval en de rust. Als we ons meeting point in zicht krijgen en Bob ons weer aan de kant trekt, voel ik me zeer voldaan (en enigszins opgelucht).
Tijdens onze roadtrip door het zuiden van de VS kajakten we ook in New Orleans, reden we de Natchez Trace Parkway en bezochten we Music City Nashville.

Één reactie Voeg uw reactie toe